Railbus VT 88.9

Een onvervalst icoon op het Duitse spoor!
Als tegenwoordig éen van de talrijke bewaard gebleven Wismarer railbussen verschijnt doen zelfs stoomlocomotieven een stapje terug. "Schweinesnäuzchen", zo werden de twee-assige motorwagens genoemd die in de wereldwijde crisisperiode tussen de wereldoorlogen veel lokaalbanen en lokale spoorwegmaatschappijtjes voor de ondergang behoedden. Het ontwerp was geniaal door zijn eenvoud en bovendien bijzonder goedkoop. Men nam gewoon een gelaste wagonopbouw en bouwde er voor elke rijrichting een, in massa geproduceerde, vrachtwagenmotor in. Net als bij het wegverkeer zat de motor onder een motorkap waardoor de bijnaam "snuitje" ontstond. En voor bagage en kleine stukgoederen kregen de meesten een rek op het dak. Tussen 1932 en 1941 bouwde de Wagonfabriek Wismar er 57 exemplaren van. Spoorwegpersoneel en reizigers hielden van hun originele "knetterpotten" en gaven hen de bijnaam "Varkenssnuitje". Tegenwoordig hebben de Wismarer railbussen een absolute cult-status. Niet alleen daarom hoort een varkenssnuitje op elke modelbaan thuis. Bovendien had de Deutsche Bundesbahn na 1949 nog korte tijd drie Wismarer in haar voertuigbestand. Daadoor past het rode "Schweineschnäuzchen" ook op elke Periode III modelbaan.

Voorbeeld: Railbus VT 88.9 (Cvt 34) van de Deutsche Bundesbahn (DB) in de uitvoering van periode III.