Voorbeeld: Elektrische locomotieven serie 103.1 van de Deutsche Bundesbahn (DB). Uitvoering met verlengde cabine, bufferbekleding en frontschort met bedrijfsnummer 103 243-2 in purperrood/beige kleurstelling. Standplaats in spoorbedrijfdepot Hamburg-Eidelstedt. Zoals eind jaren '70 in gebruik.
Art.nr. | 39170 |
---|---|
Spoor / Schaalgrootte | H0 / 1:87 |
Tijdperk | IV |
Type | Elektrische locomotieven |
Model: Met mSD3 digitale decoder mfx+ en uitgebreide geluidsfuncties. De decoder ondersteunt de digitale formaten mfx, MM1, MM2 en DCC. 5-polige hoogvermogenaandrijving met vliegwiel, centraal ingebouwd. Telkens twee assen in elk aangedreven wielstel via een cardan aangedreven. Antislipbanden. Met de rijrichting wisselend driepuntsfrontsein en twee rode sluitseinen in conventioneel bedrijf, digitaal schakelbaar. Frontseinen aan loczijde 2 en 1 elk afzonderlijk digitaal uitschakelbaar. Cabineverlichting digitaal schakelbaar. Machineruimteverlichting digitaal schakelbaar. Verlichting met onderhoudsvrije warmwitte en rode lichtdiodes (LED's). Beweegbare machinistfiguur in beide machinistencabines digitaal schakelbaar. Machinist met omkering ook bij analoog gebruik. Nieuwe, gedetailleerde Einholm-stroomafnemer. Digitaal schakelbare stroomafnemer. Gemonteerde ruitenwissers. Gemonteerde handgrepen en dakleidingen van metaal. Gesloten schort, remleidingen, stopcontacten, schroefkoppeling en treeplanken zitten als apart monteerbare delen erbij. Lengte over de buffers 23,2 cm.
Een bijbehorende personenrijtuigset wordt met artikelnummer 43856 exclusief voor Insider-leden aangeboden. Dit model is in gelijkstroomuitvoering exclusief voor Trix Club-leden leverbaar en heeft artikelnummer 22932 in het Trix H0-assortiment.
Find more Märklin explanation videos on our YouTube Channel
Spare parts for our articles can be found here in our spare parts search.
De elektrische locomotief van BR 103.1 met artikelnummer 39170 wordt in 2017 in een eenmalige serie alleen voor Insider-leden geproduceerd.
Serie 103.1 Begin jaren '60 besloot de DB om het groeiende verkeer van reizigerstreinen met de ontwikkeling van een efficiënte machine verder uit te bouwen. Eind 1962 werden vier proeflocomotieven van de nieuwe serue E 03 bij Henschel (mech. deel) en Siemens-Schuckert (elektr. deel) in opdracht gegeven, die nog op tijd voor de Internationale Verkeerstentoonstelling van 1965 in München moest af zijn. Voor het InterCity-verkeer (IC 71), gepland vanaf 1971, werd vanaf 1969 de serieproductie van de serie 103 opgenomen, maar met een nieuw verlanglijstje: De treinbelasting van TEE- en IC-treinen met een snelheid van 200 km/u stijgen van 300 naar 480 ton en 800 ton zware D-treinen moeten met een snelheid van 160 km/u nog vervoerd kunnen worden. Bij de 145 serielocomotieven, voortaan als serie 103.1 aangeduid, diende de basisbouw van het rijtuiggedeelte met brugframe, locomotiefbehuizing in vijf segmenten en drieassig draaistel voor het prototype. Ook de zelfde kopvorm van de voorspanlocomotief kon worden overgenomen. Het meest opvallend aan de buitenkant was de verdubbeling van de luchtinlaatopeningen door een tweede, vijfdelige rij ventilatorroosters in de onderste helft van de zijwanden, nodig voor een grotere toevoer van koellucht wegens de hogere prestatie van de locomotief. Met een hoofdtransformator afgestemd op hoog vermogen (continu motorvermogen in tractie 6.250 kVA) en lichtgewicht vermogenmotoren van het type WBM 368/17f met een continu motorvermogen van 1.240 kW werd een toename van het vermogen met maar liefst 25,3 % verkregen in vergelijking met het prototype – in totaal goed voor een slordige 7.440 kW of 10.116 pk. De laatste dertig exemplaren (103 216-245) kregen een frame dat 700 mm werd verlengd met een vergrote machinistencabine, om tegemoet te komen aan de dringend gevraagde vergroting van de enge machinistenruimte voor het personeel van de locomotief. Voor het welzijn werd verder een toevoer van warme of koude verse lucht voorzien, onafhankelijk van de buitentemperatuur, via een betere airconditioning. Na de levering in de jaren 1970 tot 1974 namen de 103.1 meteen de nieuwe IC-treinen over en natuurlijk ook de prestigieuze TEE, die nu deels zelfs in het nieuwe IC-netwerk werden geïntegreerd. Pas na meer dan dertig jaren intensief gebruik in het zware, hoogwaardige passagiersverkeer met prachtige kilometerprestaties reden de serielocomotieven in december 2002 hun laatst geplande ritten. Met het oog op een reservebestand en voor uitzonderlijke ritten bleven een aantal exemplaren verder in het bestand aanwezig. Twee machines (103 113 en 245) staan momenteel nog altijd bij de DB AG in Werk München voor vervoerdiensten over lange afstanden bedrijfsklaar ter beschikking en maken regelmatig een ritje.
Control Unit | Mobile Station | Mobile Station 2 | Central Station 1/2 | Central
Station 3/2* Mobile Station 2** |
|
---|---|---|---|---|---|
Frontsein | |||||
Pantograaf op/neer | |||||
Rijgeluid eloc | |||||
Speciale functie | |||||
Pantograaf op/neer | |||||
Cabineverlichting | |||||
Frontsein loczijde2 | |||||
Rangeerfluit | |||||
Frontsein loczijde 1 | |||||
Directe regeling | |||||
Piepen van remmen uit | |||||
Machinist | |||||
Interieurverlichting | |||||
Conducteursfluit | |||||
Locfluit | |||||
Ventilator | |||||
Compressor | |||||
Perslucht aflaten | |||||
Stationsomroep | |||||
Ontkoppelfunctie | |||||
Begroeting | |||||
Conducteur | |||||
Treinmededeling | |||||
Conducteur | |||||
Treinmededeling | |||||
Conducteur | |||||
Treinmededeling | |||||
Gesprek | |||||
Treinmobilofoon | |||||
Waarschuwingsbericht | |||||
Omgevingsgeluid |
* Nieuwe functies van het Central Station 2 (onderdeelnr. 60213, 60214 of 60215) met de software-update 4.2
** New features of the Mobile Station 2 (Part No. 60657/66955) with the Software Update 3.55