Voorbeeld: Twee elektrische locomotieven serie Ae 3/6 II van de Schweizerische Bundesbahnen (SBB/CFF/FFS). Eén machine in uitvoering voor tijdperk II, de andere voor tijdperk III.
Art.nr. | 37512 |
---|---|
Spoor / Schaalgrootte | H0 / 1:87 |
Tijdperk | II+III |
Type | Elektrische locomotieven |
Model: Beide locomotieven met fx-decoder en geregelde hoogvermogenaandrijving. Alle 3 gekoppelde assen en beide blinde assen aangedreven. 2 antislipbanden. Zwitserse lichtwisseling (driepuntsfrontsein/wit sluitsein) wisselt afhankelijk de rijrichting, traditioneel in bedrijf, digitaal schakelbaar. Directe regeling (optrekversnelling en remvertraging) met Control Unit of Systems schakelbaar.
Machine 1 in uitvoering voor tijdperk II in bruine, oorspronkelijke kleurstelling, weergegeven cabinedeuren in het front en gemonteerde overgangsrelingen.
Machine 2 in uitvoering voor tijdperk III in dennengroene bedrijfstoestand en gesloten frontdeuren zonder overgangsrelingen.
Lengte van elke locomotief over buffers 17,1 cm.
Voor tweerailgelijkstroomsystemen wordt deze dubbelset locomotieven door Trix aangeboden (22344).
Viele Tutorials, Produktvideos und Reportagen über die Welt der Modelleisenbahn finden Sie in unserem Märklin YouTube Channel.
Ersatzteile zu unseren Artikeln finden Sie hier in unserer Ersatzteilsuche.
Robuuste klassieker - Met grote prioriteit stelde de SBB van 1923 tot 1926 de elektrische locomotieven van de serie Ae 3/6 II voor het snel- en reizigerstreinbedrijf in het Zwitserse middelgebergte in bedrijf. Zowel bij hun asindeling 2´C1´ ("Pacific") als bij de stangenaandrijving oriënteerde men zich op voorbeelden van het uitstervende Zwitserse stoomloctijdperk. Zo gezien kon de constructie van de Ae 3/6 II niet echt als innovatief gelden. Niettemin hielden de 60 gebouwde machines zich goed, en hun bijna spreekwoordelijke betrouwbaarheid bezorgde hen een buitengewoon lange inzettijd. In de loop van hun lange leven paste men de oorspronkelijke locomotieven meerdere keren aan de bedrijfseisen aan. Behalve technische modificaties was uiterlijk bijvoorbeeld de volgende verandering bijzonder duidelijk herkenbaar: zowel de rechtercabinezijdeuren in rijrichting gezien en de frontdeuren werden aanvankelijk dichtgelast, om het aanzienlijke probleem van de luchtstroom te ontspannen. Bij een latere opknapbeurt sloot men de fronten zelfs naadloos, omdat in de voegen roest ontstond. Ook volgde de kleurstelling de concepten van de betreffende tijdperken. Tot op heden bleef de voor een groot deel in de oorspronkelijke toestand teruggebouwde en weer bruin geschilderde Ae 3/6 II 10439 zelfs nog als inzetbare museumlocomotief bewaard.