Spoor H0 - Art.nr. 39193

Elektrische locomotief serie E 19.1

Voorbeeld: Elektrische locomotief serie E 19.1 in purperrode basiskleurstelling. Uitvoering in de museumversie van het DB-museum van Nürnberg. Met opschrift als E 19 12 van de voormalige Deutsche Reichsbahn (DR), tijdperk II. Zoals in gebruik tijdens tijdperk II/VI.

Elektrische locomotief serie E 19.1
Art.nr. 39193
Spoor H0
Schaalgrootte 1:87
Tijdperk VI
Type Elektrische locomotieven
Vanaf fabriek uitverkocht.

Highlights

  • Uiterste gedetailleerde metalen behuizing in uitvoering met glanslak.
  • Met digitale speelwerelddecoder mfx+ en uitgebreide gebruiks- en geluidsfuncties.
  • Er is een machinistfiguur meegeleverd om die nadien in de machinistencabine in te bouwen.
  • Met boekje over de geschiedenis van de locomotief.

Product

Model: Met digitale decoder mfx+ en uitgebreide geluidsfuncties. Geregelde hoogvermogenaandrijving met vliegwiel. 2 aangedreven assen. Antislipbanden. Met de rijrichting wisselend driepuntsfrontsein en 2 rode sluitseinen in conventioneel bedrijf, digitaal schakelbaar. Frontseinen aan loczijde 2 en 1 elk afzonderlijk digitaal uitschakelbaar. Dubbele A-lichtfunctie. Verlichting met onderhoudsvrije, warmwitte en rode lichtdioden (leds). Cabine en machineruimte met interieur. Er is een machinistfiguur meegeleverd om die nadien in de machinistencabine in te bouwen. Behuizing met veel ingezette details. Voorbeeldgetrouwe schaarstroomafnemer. Uiterst gedetailleerd onderstel met voorbeeldgetrouwe imitatie van de spiraalveeraangedreven wielen. Metalen buffers, afzonderlijk aangebracht, in gewelfde en platte uitvoering. Een boekje biedt informatie over de geschiedenis van de locomotief. Lengte over de buffers 19,5 cm.

Eenmalige serie.

Productinfo

2. Locomotief van een 5-delige serie museumlocomotieven

Publicaties

- Zomernieuws 2018 - Totale programma 2018/2019

Grootbedrijf

Museumlocomotief E 19 12 "Met de snelle E 19 voor FD-treinen in vijf uur en vijftig minuten van München naar Berlijn": zo luidt de euforische aankondiging van de voormalige president van de Rbd Erfurt, Dr. Offenberg, naar aanleiding van de heropening van de elektrische exploitatie tussen Nürnberg en Saalfeld op 13 mei 1939. De DRG plande een doorgaans elektrische exploitatie tussen München en Berlijn, waarbij het traject Nürnberg – Halle met 150 km/u werd bereden en tussen Halle en Berlijn moest zelfs een topsnelheid van 180 km/u worden bereikt. Voor de sneltreindienst op deze hoofdlijn liet de DRG in 1937 twee proeflocomotieven door AEG (E 19 01 en 02) en door Henschel/SSW (E 19 11 en 12) ontwikkelen. Beide bedrijven baseerden zich op het ontwerp van de succesvolle E 18, maar alle vier E 19 werden uitgerust met sterkere motoren, robuustere aandrijfelementen en loopwielen met een grotere diameter. In het elektrische deel verschilden beide types aanzienlijk; de AEG-machines hadden vier nieuw ontwikkelde motoren met seriebekrachtiging op wisselstroom, de SSW-locomotieven vier achtpolige dubbele motoren. Voor de ritten in proefbedrijf tot 225 km/u werden de E 19 met een extra elektrische weerstandsrem uitgerust. Tussen januari 1939 en juli 1940 werden de vier E 19 met een exclusieve, wijnrode kleurstelling geleverd. Maar door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd uitvoerig proefrijden verhinderd. Na de oorlog bleven alle vier machines in de westelijke zone, waar ze door de DB van het begin van de jaren '50 gedegradeerd tot 140 km/u. Daarna kon de E19 12 na de elektrificatie van het traject Nürnberg – Regensburg uitgebreide testritten maken, en op 15 mei 1950 werd de machine opgesmukt om als heropeningstrein met eregasten naar Regensburg te rijden. Met één uitzondering reden de E 19 (vanaf 1968: 119) verder voor Bw Nürnberg Hbf. Tussen 1968 en de lente van 1970 moesten de "Edelhirsche" bij Bw Hagen-Eckesey in dienst gaan. Van daar keerden ze in 1970 zwaar aangeslagen naar Nürnberg terug, waar ze dankzij de goede verzorging van het toegewijde personeel opnieuw betere loopprestaties behaalden. De 119 011 was de eerste die in 1975 wegens schade aan de transformator de dienst moest verlaten. Tussen 1977 en 1978 volgden ook de drie andere machines. Er werden twee "Edelhirsche" voor het nageslacht bewaard: Als museumlocomotief van de DB staat de E 19 12 in de oorspronkelijke wijnrode uitvoering in het Verkeersmuseum van Nürnberg en de AEG-museumlocomotief E 19 01 eveneens in de oorspronkelijke toestand in bruikleen in het Deutsche Technikmuseum te Berlijn.

Eigenschappen

! Exclusieve speciale modellen van Märklin - in eenmalige serie geproduceerd.
) Chassis en opbouw van de loc van metaal.
# Digital-decoder mfx+
§ DCC-decoder
h Geluidselektronica ingebouwd.
N Driepuntfrontsein en twee rode sluitseinen wisselend met de rijrichting.
T Märklin-kortkoppelingen in genormeerde schacht met draaipunt.
2 Tijdperk 2
8 Tijdperk 6
Y Alleen voor volwassenen

Waarschuwing

Let op: Niet voor kinderen onder de 15 jaar
Control Unit Mobile Station Mobile Station 2 Central Station 1/2 Central Station 3/2
Frontsein X X X X X
Panto-geluid X X X X X
Rijgeluid eloc X X X X X
Locfluit X X X X X
Directe regeling X X X X X
Piepen van remmen uit X X X X
Frontsein cabine 2 X X X X
Rangeerfluit X X X X
Frontsein cabine 1 X X X X
Speciale functie X X X
Speciale functie X X X
Ventilatoraandrijving X X X
Ventilatoraandrijving X X X
Perslucht afblazen X X X
Brandstof bijvullen X X X
Conducteursfluit X X X
Stationsmededeling X
Sluiten van deuren X
Bezanden X
Koppelgeluid X
Stoten railvoeg X