Typ GG-1, PRR | Spoor H0 - Art.nr. 37494

Elektrische locomotief GG 1

Voorbeeld: Zware, multifunctionele locomotief type GG-1 van de Pennsylvania Railroad (PRR). Asvolgorde 4-6-6-4. Gebouwd door General Electric & Westinghouse. Uitvoering in zilveren proefkleurstelling. Zoals in gebruik rond 1955.

Elektrische locomotief GG 1
Art.nr. 37494
Spoor H0
Schaalgrootte 1:87
Tijdperk III
Type Elektrische locomotieven
Vanaf fabriek uitverkocht.

Product

Model: Met digitale mfx-decoder en uitgebreide geluidsfuncties. Geregelde hoogvermogenaandrijving centraal ingebouwd. 4 assen in beide draaistellen aangedreven. Antislipbanden. Bochtvolgend onderstel met 2 drijf- en 2 loopstellen. Ledverlichting. Frontsein en binnenverlichting conventioneel aan, digitaal schakelbaar. Grote dakstroomafnemer van het Amerikaanse type. Lengte over de koppeling 28,0 cm.

Eenmalige serie.

Productinfo

Het bijbehorende treinstel vindt u in het Märklin H0-assortiment onder artikelnummer 43616. Voor bedrijf onder een bovenleiding die zigzag of in bogen is gespannen, kan een breder sleepstuk voor de dakstroomafnemers noodzakelijk zijn. Een passende opbouw is afzonderlijk verkrijgbaar: 231802.

Publicaties

- Folder nieuwe modellen 2017 - Totale programma 2017/2018

Grootbedrijf

37494 – GG1 van de Pennsylvania Railroad (PRR) Voor het snelle, zware passagiersverkeer op hun vanaf begin 1935 doorgaans elektrisch berijdbare paradetraject New York - Washington liet Pennsylvania Railroad (PRR) in 1933 een volledig nieuw type elektrische locomotief ontwerpen: de GG1. Een eerste prototype ontstond op augustus 1934 als (2’Co)(Co2‘)-machine bij General Electric (GE). Deze had twee aandrijfdraaistellen met telkens voorlopende tweeassige loopdraaistellen erop. De krachtoverbrenging van de tractiemotor naar het wielstel gebeurde met een vertragingsdrijfwerk en een verende overbrenging van Westinghouse, waarbij op elk wielstel twee 288 kW sterke GEA-627-A1 elektrische motoren werkten. Het prototype beschikte over een gestroomlijnde opbouw met machinistencabine in het midden en was ook bij hoge snelheden overtuigend. Op 10 november 1934 bestelde de PRR nog 57 andere GG1-machines, waarvan de locomotiefbehuizing door de beroemde industriële ontwerper Raymond Loewy was uitgewerkt. 14 seriemachines werden dan bij General Electric in Erie en 18 in de PRR-werkplaats in Altoona gebouwd. Bij de resterende 25 GG1-machines vond de eindmontage in Altoona plaats met elektrische componenten van Westinghouse en onderstellen van Baldwin Locomotive Works in Eddystone. Nog 81 andere exemplaren van deze zeer elegante, oogstrelende Amerikaanse elektrische locomotieven werden tussen 1937 en 1943 in Altoona gemaakt. Met hun stoomketels voor de verwarming van de rijtuigen waren de GG1 weliswaar in eerste instantie als locomotieven voor reizigerstreinen ontwikkeld, maar ze konden evengoed voor goederentreinen worden ingezet. Hun overbrengingsverhouding was echter voor het snelle passagiersverkeer ontwikkeld. Toen de GG1-machines vele lentes begonnen te tellen en er nieuwe typen ter beschikking stonden, kwamen er veel machines in het goederentreinverkeer terecht en kregen hiervoor een speciale aandrijving die zij misten. Vanaf 1955 rustte de PRR een groot aantal GG1 uit met extra grote luchtlinlaten aan de bordessen. In datzelfde jaar kregen drie locomotieven (4866, 4872 en 4880) een speciale, kortstondige kleurstelling in zilver met brede, rode sierstrepen voor de pas gemoderniseerde luxetreinen "Congressional Limited" tussen New York en Washington. Op 1 februari 1968 fusioneerde de PRR met New York Central Railroad, haar aartsrivaal sinds lange tijd, en werd Penn Central (PC), die echter in 1970 al failliet ging. De GG1-vloot, die nog 128 eenheden telde, werd onder de verschillende opvolgers Amtrak (40 exemplaren), Conrail (75) en NJ Transit (13) verdeeld. In 1983 stelde de NJ Transit de laatste machines buiten dienst. Niettemin bleven 16 locomotieven van deze mooi ogende serie als museumexemplaren behouden, maar jammer genoeg is geen enkele daarvan bedrijfsklaar gebleven.

Eigenschappen

) Chassis en opbouw van de loc van metaal.
c Digitale locomotief met hoogvermogenaandrijving. Maximum snelheid en versnelling/vertraging instelbaar. Speciale motor met elektronische lastcompensatie of in compacte klokankerbouwwijze. Rijden met Märklin-transformator, in Märklin Deltasysteem of in Märklin-Digital-systeem (Motorola-formaat). Eén schakelbare extra functie (function) bij digitaal bedrijf.
e Digitale decoder met maximaal 9 digitaal schakelbare functies bij bedrijf met Mobile Station 60652 resp. 60651. Maximaal 5 functies bij bedrijf met Control Unit 6021; 16 functies met toekomstige regelapparaten in voorbereiding. Toegewezen functies afhankelijk van de uitrusting van de locomotief.
§ DCC-decoder
h Geluidselektronica ingebouwd.
B Enkel frontsein met de rijrichting wisselend.
i Stroomvoorziening omschakelbaar naar bovenleiding.
U Märklin-kortkoppelingen in genormeerde schacht met schaargeleiding.
3 Tijdperk 3
Y Alleen voor volwassenen

Waarschuwing

Let op: Niet voor kinderen onder de 15 jaar
Control Unit Mobile Station Mobile Station 2 Central Station 1/2 Central Station 3/2
Frontsein X X X X X
Schijnwerper X X X X X
Rijgeluid eloc X X X X X
Tyfoon X X X X X
Directe regeling X X X X X
Cabineverlichting X X X X
Ventilator X X X X
Bel X X X X
Cabineradio X X X X
Piepen van remmen uit X X X
Koppelgeluid X X X
Stoten railvoeg X X X