Spoor H0 - Art.nr. 37068

Stoomlocomotief serie 80

Voorbeeld: Tenderlocomotief serie 80, voormalige Deutsche Bundesbahn. Museumlocomotief van het spoorwegmuseum Heilbronn. Met opschrift BR 80 014 van de Deutsche Bundesbahn (DB). Tijdperk VI, zoals momenteel in gebruik.

! ) # § h H U 8 Y
Stoomlocomotief serie 80
Stoomlocomotief serie 80
Stoomlocomotief serie 80
Stoomlocomotief serie 80

De belangrijkste gegevens

Sound demo
Art.nr. 37068
Spoor / Schaalgrootte H0 / 1:87
Tijdperk VI
Type Stoomlocomotieven
Vanaf fabriek uitverkocht.
Neem contact op met uw lokale dealer
Dealer zoeken

Highlights

  • "Machinistfiguur worden meegeleverd.
  • Met boekje over de geschiedenis van de loc.
  • Nieuwe Telex-koppeling voor en achter."
  • Product

    Model: Met digitale decoder mfx+ en uitgebreide geluidsfuncties. Telex-koppeling aan beide zijden afzonderlijk digitaal schakelbaar. Machinistfiguur wordt meegeleverd. Geregelde hoogvermogenaandrijving. 3 aangedreven assen. Antislipbanden. Met de rijrichting wisselend driepuntsfrontsein, in conventioneel bedrijf, digitaal schakelbaar. Veel afzonderlijk gemonteerde details. Uitvoering met bel op de ketel, handgrepen rechts en links van de rookkastdeur, dynamo links op de ketel en treden aan de waterreservoirs. Het meegeleverde boekje vertelt de geschiedenis van deze loc.
    Lengte over de buffers 11,1 cm.

    3e locomotief uit een serie van 5 museumlocomotieven.

    Viele Tutorials, Produktvideos und Reportagen über die Welt der Modelleisenbahn finden Sie in unserem Märklin YouTube Channel.

    Ersatzteile zu unseren Artikeln finden Sie hier in unserer Ersatzteilsuche.

    Eenmalige serie.

  • Productinfo

    - Zomernieuws 2019 - Totale programma 2019/2020
  • Grootbedrijf

    De 80 014 behoort tot de krachtige, kleine rangeerstoomlocomotieven, waarvan de DRG - in het kader van het eerste standaardisatieplan - tussen 1927 en 1929 39 exemplaren aanschafte. De driekoppelaar met zijn krachtige ketel, die al snel 'Bulli' werd genoemd, was bedoeld voor de rangeerdienst op grote reizigersstations. Alle locomotieven doorstonden de Tweede Wereldoorlog: 22 gingen naar de DR in de DDR, 17 bleven bij de DB. Vanaf 1946 bevonden alle latere DB-locs (80 005, 013-016, 028-039) zich bij de RBD/BD van Nürnberg. Op het einde van hun carrière waren de 80-toestellen nog in Schweinfurt gestationeerd. De 80 031 moest de dienst op 15 april 1964 als laatste verlaten. Tien exemplaren kregen een nieuwe kans als werflocomotief bij mijnbedrijven in Nordrhein-Westfalen en Niedersachsen. Een daarvan was de 80 014, die op 20 april 1959 was uitgerangeerd. BZA Minden regelde op 8 juli 1959 de verkoop ervan aan de fa. Klöckner-Bergbau Königsborn-Werne AG. Na een door Klöckner vereiste revisie door AW Weiden kon hij na een proefrit op 2 december 1959 op de Zechenbahn worden toegelaten en kreeg hij de volgende opschriften: Klöckner-Werke AG Bergbau, Zeche Königsborn 2/5, Lok 5‘‘/1228. In 1969 werd Ruhrkohle AG (RAG) opgericht en werden successievelijk ook de aanwezige stoomlocs omgedoopt. De voormalige 80 014 reed vanaf 1 april 1971 onder de benaming "RAG D- 721". Op 1 januari 1972 moest de D-721 bij schachtinstallatie Heinrich-Robert in Pelkum-Herringen worden afgegeven. Daar kweet hij zich prima van zijn taken, tot de aankomst van vier nieuwe Krauss-Maffei-diesellocs type M700C in het voorjaar van 1974. Op 1 mei 1974 werd de D-721 uitgerangeerd, hoewel hij op basis van zijn termijnen eigenlijk nog tot 1977 had kunnen rijden. Op 2 juli 1974 werd de loc door de directeur van de Bundesbahn, de heer Ulrich Kroll, vanuit Essen aangekocht en in eerste instantie in het DGEG-Eisenbahnmuseum in Bochum-Dahlhausen opgesteld. Maar omdat de DGEG net de voormalige 80 030 van RAG had gekocht, gaf de heer Kroll zijn 80 014 door aan de Engelse spoorwegliefhebber Dr. Peter Beet, voor diens spoorwegmuseum Steamtown Carnforth in het graafschap Lancashire. Op 6 december 1976 werd hij naar Engeland verscheept. In 1980 werd hij uitgeleend aan de Nene Valley-museumspoorlijn. Daar werd hij in 1985 in Peterborough voor een keuring compleet gedemonteerd, maar het onverwachte overlijden van de projectleider verijdelde dit voornemen. Beet probeerde toen de afzonderlijke onderdelen bij verschillende werkplaatsen in Europa te laten keuren. Uiteindelijke besloot Dr. Beet, die al vanaf het jaar van oprichting lid was van het Süddeutsche Eisenbahnmuseum Heilbronn (SEH), de 80 014 aan het museum over te doen. Na de eerste restauratiewerkzaamheden vanaf 1998 in Stuttgart kon de "Bulli" begin 2002 inderdaad naar Heilbronn worden gebracht. Hier werd de loc binnen een tijdsbestek van enkele jaren klaargemaakt voor een museumwaardige presentatie, waarbij ook de meeste ontbrekende onderdelen door vervangende onderdelen van andere locs of door replica's werden vervangen. Intussen is de 80 014 weer bijna als nieuw, ongeveer zoals hij de laatste jaren in gebruik was bij de Bundesbahn.

  • Digitale functies

    Control Unit Mobile Station Mobile Station 2 Central Station 1/2 Central Station 3/2*
    Mobile Station 2**
    Frontsein
    Telex-Koppeling voor
    Rijgeluid stoomloc
    Locfluit
    Telex-koppeling achter
    Piepen van remmen uit
    Kolen scheppen
    Rangeerfluit
    Directe regeling
    Speciale functie
    Stoom afblazen
    Schudrooster
    Rangeersnelheid
    Brandstof bijvullen
    Luchtpomp
    Bezanden
    Brandstof bijvullen
    Geluid koppeling
    Bel
    Conducteursfluit
    Stoten railvoeg
    Generatorgeluid

    * Nieuwe functies van het Central Station 2 (onderdeelnr. 60213, 60214 of 60215) met de software-update 4.2

    **Neue Möglichkeiten und Ausstattungsmerkmale der Mobile Station 2 (Art.-Nr. 60657/66955) mit dem Software Update 3.55

Geluids-/Decoderproject

Waarschuwing

Let op: Niet voor kinderen onder de 15 jaar
Warnhinweis USA
Let op: Niet voor kinderen onder de 15 jaar